Agroconsulent helpt boer met onafhankelijk advies

Aardbevingsschade herstellen in een woning kan een hele klus zijn. Als het gaat om een agrarisch bedrijf is die opgave nog groter. Een agrarisch bedrijf herstellen na aardbevingsschade is complex. Het Agroprogramma biedt gratis en onafhankelijk advies en ondersteuning aan agrariërs in het aardbevingsgebied. Boer Jan uit Appingedam en agroconsulent Alle vertellen over het Agroprogramma.

Links agroconsulent Alle, rechts Boer Jan
Foto: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Het eerste contact
‘Ik heb met mijn ouders een melkveehouderij in Appingedam’, vertelt Jan. ‘We liepen tegen meerdere zaken aan waar we niet zo goed uitkwamen. We hebben een versterkingsdossier bij de NCG, bij het IMG deden we een melding van mestkelderschade, en er loopt een vraagstuk of we wel of niet verder gaan met de melkveehouderij. Ook de communicatie tussen de vof-leden onderling loopt niet altijd soepel.’ Daarom nam Jan contact op met het Agroprogramma.

‘Mensen melden zich meestal aan via de website’, vertelt Alle. ‘Binnen een week neemt één van de vijf consulenten telefonisch contact op. Daarna plannen we een kennismakingsgesprek bij de boer thuis.’ Jan las over het Agroprogramma in de vakbladen. Veel agrariërs horen via-via over het programma. Alle: ‘Inmiddels draait het Agroprogramma al een aantal jaren, waardoor het ook onderwerp van gesprek is op verjaardagen of bij de studieclub.’

De rol van de agroconsulent
‘Als agroconsulent zijn we eigenlijk een soort procesbegeleider en klankbord’, vertelt Alle. ‘Soms is het schade, soms is het versterken, maar ik denk ook vaak mee over bedrijfsvoering of vragen op het sociale vlak.’ De agroconsulent is er ook voor agrariërs die nog geen concreet versterkingsdossier hebben, maar wel vastlopen of vragen hebben over de toekomst van hun bedrijf.

Agroconsulenten zijn goed op de hoogte van verschillende subsidies, waaronder de maatwerkregeling. De maatwerkregeling is bedoeld om agrariërs te ondersteunen die investeringen hebben moeten uitstellen vanwege schade of versterking. Deze regeling kan helpen om de investeringen weer op gang te helpen.

De agroconsulent helpt de agrariër ook bij het contact met het IMG en het NCG. De consulent heeft daarnaast goed contact met gemeenten en de organisaties Prolander en Libau. Alle: ‘Bij sloop-nieuwbouw heb je te maken met het aanvragen van vergunningen bij de gemeente, daar kan ik bij helpen. Libau schakelen we in als het gaat om een boerderij die erfgoed of een Rijksmonument is. En Prolander denk mee over aan- en verkoop. Bijvoorbeeld als een boer besluit te stoppen of op een andere locatie in de provincie het bedrijf voort wil zetten.’

Fijne gesprekspartner
Jan en zijn ouders zijn erg blij met de hulp van Alle. ‘Het contact gaat gewoon heel natuurlijk’, vertelt hij. ‘Alle weet soms ook juist de vinger op de zere plek te leggen. Hij noemt dingen waar je anders niet zo snel over praat. Als een ander het benoemt, dan moet je toch antwoorden. Soms is dat ongemakkelijk, maar het kan heel verhelderend zijn.’

Alle vertelt dat het belangrijk is dat hij en zijn collega’s affiniteit hebben met de sector. Zelf is hij schapenhouder en zelfstandig agrarisch adviseur. ‘Het is prettig als je de taal van de ondernemer spreekt’, legt hij uit. ‘Bijvoorbeeld als er sprake is van versterking en de koeien tijdelijk ergens anders moeten staan. De agroconsulent weet dan dat de koeien twee keer per dag gemolken moeten worden en hier op de tijdelijke locatie faciliteiten voor moeten zijn.’

Tijdens het traject ontstaat er een vertrouwensband tussen de agrariër en de consulent. ‘Het unieke aan een agroconsulent is dat wij onpartijdig zijn; we geven echt onafhankelijk advies’, benadrukt Alle. ‘Agrariërs kijken soms kritisch naar het IMG en NCG. Zij denken immers “wiens brood men eet, diens woord men spreekt”. Wij consulenten kijken onpartijdig naar de adviezen. De NCG en het IMG zien ook de meerwaarde van de agroconsulenten, want zij wijzen boeren actief op het Agroprogramma.’

Toekomstplan
Boer Jan weet nog niet hoe de toekomst eruitziet. ‘We moeten een keuze maken of we de huidige woning en stal gaan versterken, of dat we toch kiezen voor sloop-nieuwbouw’. Hij vertelt dat het een lastige keuze is, omdat er veel historie in het gebouw zit. ‘Alle helpt ons om na te denken over een toekomstvisie.’ Jan wacht nu eerst op een rapport van de NCG of in zijn geval versterken en verduurzamen gecombineerd kan worden (maatregel 28). Alle blijft betrokken bij de familie. ‘Als een boer kiest voor sloop-nieuwbouw, zal hij er ook zelf geld in moeten steken. In een plan van aanpak zetten we dan of dat met eigen middelen kan of dat er een financieringsaanvraag moet komen bij de bank. En bij vervolgafspraken met de NCG of het IMG sluit ik uiteraard aan. Ik blijf betrokken bij het hele traject. Zo lang dat nodig is.

Meer weten?
Wil je weten wat het Agroprogramma voor jouw situatie kan betekenen? Kijk dan op www.agroprogramma.nl of meld je direct aan via agroprogramma@provinciegroningen.nl.

Lees hier meer over de vierde openstelling van de Maatwerkregeling. Je kunt nog tot en met 6 mei een aanvraag indienen. Veel agrarische bedrijven in het aardbevingsgebied ondervinden hinder van de gaswinning, waardoor hun groei stagneert en investeringen worden uitgesteld. Via de Maatwerkregeling van het Agroprogramma kunnen zij subsidie aanvragen om deze investeringen weer op gang te brengen.

Dit artikel is gemaakt in opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Bekijk ook de video
Bekijk hier de video die hoort bij het interview: